January 01, 1990

Pillow Book: Carraramarmer

Pillow Book, (ooit)-17-04


Het huis voelt vreemd en onbekend aan, vooral die eerste nachten. Ik heb de logeerkamer gekregen. Hun kussens geuren anders. Het is koud in bed; ze zetten de verwarming erg laag. Ik wrijf mijn koude voeten tegen mijn benen maar krijg ze niet warm. In mijn hoofd vallen allerlei dure en dierbare woorden als parels op een koude vloer carrara-marmertegels. Ze betekenen niets veel meer in de kouwe leegte van vannacht.

Pas sinds vanmiddag weet ik wat carraramarmer is, en wanneer en hoe je een servet moet gebruiken. Van hen ken ik alleen de namen, en ze zitten me op de huid. Ze zijn van die jonge gelukkige sterke meedogenloze jonge mensen. Al hun namen. Carrara, Murano, parmigiano, roquefort. Ik kan er niet tegenop. Ik weet nog niet dat ik hun gewoonten zal gaan overnemen, hun doelen gaan najagen. Maar ik voel me gevangen als een stuk jong wild, en ergens weet ik dat ik straks mezelf niet meer ben.