Pillow Book: 2003-08-15
[Monoloog stukje # : zeer klassiek shot, vrouw onder spot, planken onder vrouw, verder donker]
Als iemand me nu slachtte en een ander meisje begon? Ik kan dat niet, liefde, ik moet het verleerd zijn. Er is iets doorgebrand in het contact. Er zit nu een stuk verkoolde asse in mijn hoofd, en de stukjes brokkelen af en vliegen rond tot ze als infecties op het visceuse oppervlak van de nog werkende zenuwbanen blijven hangen en de levende vochtigheid ervan opzuigen zodat ook dat stuk verdort en afsterft, en zo verder bedervend als aangetaste tanden naast mekaar zoals we dat zagen op de voorlichtingsfilmpjes van de medische controle op school.
Van veraf was het heel aantrekkelijk, tot ik hem leerde kennen en van dichtbij niets meer voelde, tot alleen nog een onrust achterbleef omdat ik voelde dat er nog iets bestaat achter die muur in mij, onder die vacuüm getrokken ruimte in mijn gedachten. Ik heb hem gezegd dat ik hem beter niet meer zie, hij is verward en boos weggegaan. Nu is de stolp opgeheven en komt het verdriet vrij om de liefde die ik nooit heb gevoeld.
[huilen, bijeenkruipen, dan geluid van passen. Persoon kijkt op, staat ietwat gegeneerd op, stoft kleren af met af en toe blik naar opzij, dan af]